Normen
Mis à jour le : 05/03/2025
Normen en wetteksten inzake energie
Hieronder vind je de wetgevende en regelgevende teksten die officieel geconsolideerd zijn door de FOD Justitie. Ze bevatten dus ook de vele wijzigingen die in de meeste van deze teksten doorgevoerd werden sinds de oorspronkelijke publicatie in het Belgisch Staatsblad. De FdSS kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor de inhoudelijke nauwkeurigheid van de teksten waarnaar we hier verwijzen.
Rechtsgeldig zijn alleen de teksten die gepubliceerd zijn in:
- het Belgisch Staatsblad, eventueel via de pagina geconsolideerde wetgeving;
- het Publicatieblad van de Europese Unie.
Hieronder geven we een overzicht van de belangrijkste geldende normen (in de bijgewerkte versie per 1 februari 2025) inzake energie en water. We maken daarbij een onderscheid tussen richtlijnen, verordeningen en resoluties van het Europees Parlement.
-
Inzake energie
Verordeningen
Verordening (EU) Nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie.
Verordening (EU) 2018/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 .
Verordening 2019/941 van 5 juni 2019 betreffende risicoparaatheid in de elektriciteitssector en tot intrekking van Richtlijn 2005/89/EG.
Verordening 2019/942 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de samenwerking tussen energieregulators.
Verordening 2019/943 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende de interne markt voor elektriciteit (herschikking).
Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid.
Richtlijnen
Richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (herschikking).
Richtlijn (EU) 2019/944 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging van Richtlijn 2012/27/EU (herschikking).
Richtlijn (EU) 2024/1275 van het Europees Parlement en de Raad van 24 april 2024 betreffende de energieprestatie van gebouwen (herschikking).
Richtlijn (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad van 13 september 2023 betreffende energie-efficiëntie en tot wijziging van Verordening (EU) 2023/955 (herschikking).
Richtlijn (EU) 2024/1788 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markten voor hernieuwbaar gas, aardgas en waterstof, tot wijziging van Richtlijn (EU) 2023/1791 en tot intrekking van Richtlijn 2009/73/EG. (Deze nieuwe norm heft richtlijn 2009/73/EG van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne gasmarkt op.)
Resoluties van het Europees Parlement
Resolutie van het Europees Parlement van 26 mei 2016 over een ‘new deal’ voor energieconsumenten (2015/2323(INI)).
Aanbevelingen van de Europese Commissie
Aanbeveling 2023/2407 van de Commissie van 20 oktober 2023 over energiearmoede.
-
Inzake water
Richtlijnen
Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid.
Richtlijn (EU) 2020/2184 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2020 betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water.
Richtlijn (EU) 2024/3019 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2024 inzake de behandeling van stedelijk afvalwater (herschikking).
Resoluties van het Europees Parlement:
Resolutie 2020/2613 (RSP) van het Europees Parlement over de uitvoering van de EU-waterwetgeving, aangenomen op 17 december 2020.
Wetten en uitvoeringsbesluiten
- Nieuw koninklijk besluit van 12 november 2023 betreffende ongevraagde bezoeken door een onderneming bij de consument thuis, strekkende tot de levering van elektriciteit en/of gas.
- Wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige produkten en andere door middel van leidingen.
- Wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt.
- Wet van 4 september 2002 houdende toewijzing van een opdracht aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn inzake de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering.
- Koninklijk besluit van 14 februari 2005 tot uitvoering van de wet van 4 september 2002 houdende toewijzing van een opdracht aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn inzake de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering.
- Programmawet van 27 april 2007, hoofdstuk II: Automatische toepassing van de maximumprijzen voor levering van elektriciteit en aardgas aan beschermde residentiële afnemers met een laag inkomen of in een onzekere situatie. Art. 3-12.
- Ministerieel besluit van 30 maart 2007 houdende vaststelling van sociale maximumprijzen voor de levering van elektriciteit aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie.
- Ministerieel besluit van 30 maart 2007 houdende vaststelling van sociale maximumprijzen voor de levering van aardgas aan de beschermde residentiële klanten met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie.
- Koninklijk besluit van 28 juni 2009 betreffende de automatische toepassing van [de forfaitaire maatregelen inzake het sociaal tarief en van de maximumprijzen voor de levering van elektriciteit, warmte, en aardgas] aan de beschermde residentiële afnemers met een laag inkomen of in een onzekere situatie.
Aanvullende besluiten
- Koninklijk besluit van 8 juli 1997 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan ten minste voldaan moet zijn wil een onroerend goed dat wordt verhuurd als hoofdverblijfplaats in overeenstemming zijn met de elementaire vereisten inzake veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid.
- Koninklijk besluit van 3 april 2003 houdende de facturatie van elektriciteit en gas.
- Koninklijk besluit van 12 november 2023 betreffende ongevraagde bezoeken door een onderneming bij de consument thuis, strekkende tot de levering van elektriciteit en/of gas.
Wetboek van economisch recht:
- Boek VI .
Akkoord
Omzendbrieven
- Omzendbrief van 13 april 2010 betreffende het ‘preventief sociaal energiebeleid’ in het kader van het Gas- en Elektriciteitsfonds.
- Omzendbrief van 30 januari 2008 betreffende de toekenning van steun bij de aankoop van een gasconvector in het kader van het Gas- en Elektriciteitsfonds.
Resolutie
- Resolutie van 13 februari 2014 over het .
Gerechtelijk Wetboek
- Algemene beginselen (art. 1 tot 57)
- Rechterlijke organisatie (art. 58 tot 555quater)
- Bevoegdheid (art. 556 tot 663)
- Burgerlijke rechtspleging (art. 664 tot 1385undecies)
- Bewarend beslag, middelen tot tenuitvoerlegging en collectieve schuldenregeling (art. 1386 tot 1675)
- Arbitrage (art. 1676 tot 1723)
- Bemiddeling (art. 1724 tot 1737)
- Bijlage: Gebiedsomschrijving en zetel van hoven en rechtbanken
Burgerlijk Wetboek
- Personen (art. 1 tot 515)
- Goederen en beperkingen van eigendom (art. 516 tot 710)
- Wijze van eigendomsverkrijging (art. 711 tot 1100)
- Wijze van eigendomsverkrijging (art. 1101 tot 1581)
- Wijze van eigendomsverkrijging (art. 1582 tot 2010)
- Wijze van eigendomsverkrijging (art. 2011 tot 2281)
- Voorrechten en hypotheken
- Huurovereenkomsten met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de huurder
- Regels betreffende de pacht in het bijzonder
- Regels betreffende de handelshuur in het bijzonder
Ordonnanties en uitvoeringsbesluiten
-
Inzake energie
- Ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Ordonnantie van 1 april 2004 betreffende de organisatie van de gasmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, betreffende wegenisretributies inzake gas en elektriciteit en houdende wijziging van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 oktober 2007 houdende de nadere bepaling van de specifieke criteria en de procedure betreffende de toekenning van het statuut van beschermde afnemer door de Reguleringscommissie voor energie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
-
Inzake water
- Ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 februari 2008 houdende het deel van de inkomsten afkomstig van de tarifering van water voorbehouden voor maatschappelijke doeleinden.
- Ordonnantie van 8 september 1994 tot regeling van de drinkwatervoorziening via het waterleidingnet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 juni 2022houdende de uitvoering van een aantal sociale maatregelen waarin is voorzien in de ordonnantie van 20 oktober 2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid.
-
Inzake huisvesting
- Ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 september 2003 tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 30 november 2024 tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen, dat op 12 januari 2024 gepubliceerd werd in het Belgisch Staatsblad maar pas op 1 januari 2026 in werking treedt.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 februari 2004 tot uitvoering van de Huisvestingscode.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 februari 2008 houdende organisatie van de sociale verhuurkantoren.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 november 2017 en die vermeld zijn in artikel 223 van de Wooncode.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 25 januari 2024 tot vaststelling van de lijst van substantiële en aanzienlijke kwaliteitsgebreken zoals bedoeld in artikel 107/2 van de Brusselse Huisvestingscode.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 25 januari 2024 betreffende de samenstelling, de organisatie, de werking en de bezoldiging van de Paritaire Huurcommissie.
- Ordonnantie van 7 juni 2007 houdende de energieprestatie en het binnenklimaat van gebouwen.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 december 2007 tot vaststelling van de eisen op het vlak van de energieprestatie en het binnenklimaat van gebouwen.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 juni 2010 betreffende de voor de verwarmingssystemen van gebouwen geldende EPB-eisen bij hun installatie en tijdens hun uitbatingperiode.
Aanvullende besluiten
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 9 november 1993 met betrekking tot de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor de verhuring van gemeubelde woningen.
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen.
Water
Huisvesting
-
Technische normen voor gas-, elektriciteits- en waterinstallaties
- Gas: gasinstallaties moeten tijdens de installatie verplicht gecontroleerd worden volgens de specifieke NBN-normen. Ze vallen ook onder de gewestelijke EPB-regelgeving.
- Elektriciteit: elektrische installaties moeten om de 25 jaar verplicht gereviseerd worden volgens de normen in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).
- Water: waterinstallaties moeten niet speciaal gecontroleerd worden. Ze moeten enkel voldoen aan de technische voorschriften.
-
Technische normen voor gas-, elektriciteits- en watermeters
- Elektriciteit: elektriciteitsmeters moeten voldoen aan de normen in het en het .
- Gas: gasmeters moeten voldoen aan de normen in het .
- Water: watermeters moeten voldoen aan de normen in de algemene voorwaarden van Vivaqua.
-
Technische normen voor verwarmingsinstallaties en installaties voor sanitair warm water
- Elke ketel moet:
- voldoen aan de geldende NBN-normen;
- periodiek gecontroleerd worden door een .
- Sinds 2010 moeten alle verwarmingsinstallaties en installaties voor sanitair warm water ook voldoen aan de nieuwe EPB-normen, die opgenomen zijn in het besluit inzake verwarming.
Onderhoud en controle: volgens de EPB-normen moeten de installaties periodiek gecontroleerd worden. Deze controle is niet gelijkgesteld aan een onderhoud, maar vult het aan.
-
Technische normen inzake vochtigheid en ventilatie
- Ventilatie: het nominale ventilatiedebiet wordt aangegeven in de volgende norm:
- NBN D 50-001
- Vochtigheid: Er bestaan geen specifieke technische normen op het vlak van vochtigheid. Het is erg moeilijk om de ernst van een situatie in te schatten zonder een bezoek te brengen aan de woning.
-
Specifieke normen inzake verlichting
- Verlichting: elke woning moet voldoen aan de volgende normen:
- NBN L 13-006
- NBN EN 12464-1
- NBN EN 12193
-
Technische normen inzake isolatie
- Thermische isolatie: de EPB-ordonnantie omvat de technische normen die men moet naleven op het vlak van thermische isolatie:
- Zie bijlage 2 van de ordonnantie.Lees de bijlage bij de ordonnantie voor meer informatie over technische normen.
- Akoestiek: er bestaat een niet-bindende nationale norm:
- NBN S01-400-1: Akoestische criteria voor woongebouwen.
Deze norm legt de eisen en criteria op het vlak van akoestische en resonantie-isolatie in gebouwen vast.
Raadpleeg de voor meer informatie over de nationale en Europese normen inzake akoestiek.
- NBN S01-400-1: Akoestische criteria voor woongebouwen.
Kostenafrekening
-
Technische normen voor verdelers
De eerste verdelers dateren van de jaren 1950-1960. De eerste normen voor calorimeters verschenen in de jaren 1990 (norm 835 voor calorimeters volgens het verdampingsprincipe en norm 834 voor elektronische calorimeters). Volgens deze normen moeten:
- de verdelers halverwege de radiator en op een hoogte van ongeveer 70% van de radiatorhoogte geplaatst worden. Op deze plaats wordt de gemiddelde warmte van de radiator opgevangen;
- het nummer van de calorimeter en de schaal op de calorimeter aangegeven worden. In de jaren 1960 hadden calorimeters echter geen nummer. Op heel oude calorimeters is het nummer of de schaal soms bijna onzichtbaar/onleesbaar geworden.
Volgens de Europese wetgeving zijn verdelers onderworpen aan specifieke technische normen:
- Verdelers volgens het verdampingsprincipe moeten verplicht voldoen aan de norm EN 835 – Warmtekostenverdelers voor de registratie van de verbruikswaarden van verwarmingselementoppervlakken (toestellen zonder elektrische voeding volgens het verdampingsprincipe).
- Elektronische verdelers moeten verplicht voldoen aan de norm EN 834 – Warmtekostenverdelers voor de registratie van de verbruikswaarden van verwarmingselementoppervlakken (apparaten met een elektrische voeding).
-
Specifieke normen voor warmtemeters
Volgens de Europese wetgeving zijn warmtemeters onderworpen aan specifieke technische normen:
- EN 1434-1 Thermische energiemeters – Deel 1: Algemene eisen
- EN 1434-2 Thermische energiemeters – Deel 2: Constructieve eisen
- EN 1434-3 Thermische energiemeters – Deel 3: Gegevensuitwisseling en interfaces
- EN 1434-4 Thermische energiemeters – Deel 4: Beproevingen voor typekeuring
- EN 1434-5 Thermische energiemeters – Deel 5: Initiële ijkbeproevingen
- EN 1434-6 Thermische energiemeters – Deel 6: Installatie, ingebruikneming, bewaking en onderhoud
-
Specifieke normen voor doorstroommeters voor water
- Doorstroommeters voor water moeten verplicht voldoen aan de norm EN 14154 – Deel 1, 2 en 3.
- Ze worden ook vermeld in het koninklijk besluit van 1974 dat de vernieuwing van dergelijke doorstroommeters vastlegt:
- Om de 16 jaar voor koud water
- Om de 8 jaar voor warm water (sneller verstopt)